In de tuin van het Vredespaleis in Den Haag is vandaag een khachkar onthuld, een traditioneel Armeens gedenkteken.

Voor de start van de bouw van het Vredespaleis werden aan de deelnemende landen van de Vredesconferentie gevraagd om bouwmaterialen of kunstwerken te doneren. Nog steeds ontvangt de Carnegie Foundation, eigenaar en beheerder van het Vredespaleis, giften van over de hele wereld voor in of bij het gebouw.

Vandaag onthulde de Armeense premier Nikol Pashinyan een khachkar in de tuin van het Vredespaleis, die officieel werd ontvangen door Piet Hein Donner, voorzitter van de Carnegie Foundation.

Hoop en vrede

Een khachkar is een platte steen die buiten wordt geplaatst en die, wanneer op zijn plaats, in relatie staat tot de vier windstreken van de wereld. Volgens Piet Hein Donner is “de kachkar een van de meest karakteristieke symbolen van de Armeense cultuur. Net als het Vredespaleis combineert het verleden, heden en toekomst. Hoewel het een symbool is van meer dan duizend jaar oud, blijft de kruissteen een hedendaagse culturele uitdrukking. Mij is verteld dat Armeense mensen deze kruisstenen zowel in Armenië als in de landen waar ze zich vestigen installeren als een symbool van hoop, vrede, solidariteit en samenwerking.”

De eerste khachkars werden in de negende eeuw in Armenië geplaatst na de bevrijding van de Arabische overheersing. De oudste dateert uit het jaar 879. Er zijn nu ongeveer 40.000 van zulke gedenktekens bekend. In Nederland staat er onder meer khachkars in Assen, Almelo, Maastricht en Amsterdam, vaak ter ere aan de slachtoffers van de Armeense genocide.